
ff
i
r Ii! •
I f
I i
Pi:
iili: m-
8 NAAUWKEUR'iGE WAARNEEMINGEN OMTR.EHT DE
Zestienck Veranäering.
E B N E BASTAAR D-W ESP.
Noch veranderde op den 17 September 1739 eene van de voorgemelde Rupfen tot een
Pop, en als ik merkte dat dezelve zig niet meer konde beweegen, brak ik die op,
en vond in hetLichaam eene lange,witte, geelagtige Made , die daar in ook bleef liggen;
maar ze fchoot de huid af"op den 2 3 J uny, vertoonende zig, zo als ze in het opgebroken
Popje afgetekend legt. Dit Vliegen-Popje had dezelfde kleur als haare Made,
en als 't op den 9Julyandermaal een zeer dun Vliesje afichoot, kwam die groote Bastaard
Wesp te voorfchyn, welke omlaag is afgebeeld. Hec Mjddel-lyt en de Pooten
waren hooggeel; de Kop, het Voor- en Agterlyf fchoon zwart; detyd dat zeeen Vliege
Popje wierd, tot haare uitkomft, was 16 Dagen.
E L F D E P L A J T.
Zeventiende Veranäering.
D E MEUDONET.
Ik vond in ' t jaar 1726 twee deezer Rupfen op een Ahorn-boom, in het park van Meudonin
Vrankryk, en , wyl ikvoor ofna geene andere van deeze had gezicn, heb
ilc haar dien naam naar de plaats gegeven. Zy isgroen met witte flippen,en het Agterlyf
verheft zig tot een punt , waar van witte Streepen nederwaards loopen. In deZyband
zyngeeleVlakjes, maar dezelve verfmelt in'tgroen op het vierdeenvyfdeLid. Zyheefc
16 Pooten. Om te veranderen kroop ze in de Aarde en fpon een Huisje den 24 Mey,
vangraauwe, zwarteDraaden met Aarde doormengd: hier in veranderdeze tot een glanzige
bruinePop den 3 i dito, waar uit het Uiltje kwam den 2 July, zynde in 32 Dagen.
De bovenfte Vleugels van dit Uiltje zyn met fmeltende Werkjes graauwagtig bruin, en
de onderfte Vleugels zyn geheel etfen, en van verwe als rood Köper dat met Roodaarde
is fchoon gecnaakt. Dit Uiltje vind men tweemaal op de Plaat; het een namenlyk vlie-
<'ende, en het andere zit benedenmet gefloote vleugels by het Popje en het Spinfel. Vau
§c Rupfen ziet men 'er een geheel op zyde, en van een andere maar het Voorlyf, alseetende
aan het bovenfte BUd.
Achttienäe yerandering.
H e t K L E INE NEKSPINDERTJE.
Dit heb ik mede, in 't zelfde Jaar , gevonden in 't voornoemde Park cp Ahornboomen
en op Hagebeuken. Ze zyn ecnverwig donker groen, hebben 10 Pootjes, en
zyn geheel van den zelfden aart, als die in het derdeHoofddcel op de tweede Plaatgetekend
zyn. Ze fpint ook eveneens over den Nek voor het veranderen, en het Popje
is mede van dezelfde gedaante , maar is groen van verwe. Hier uit komt een Uiltje,
dat driemaal is afgebeeld, zynde aardig bewerkt, alhoewel 't meeft op gebroken
wit raet zwart getekend is: tulTchen de zwarte band heeft het cenig geel, en boven,
naar de Schouders toe, trekken de Vleugels naar het bleeke Celadon. De tweegroovalt
als de andere, behoort tot het grootfte Popje en het Wyfjes Uiltje, Eene fpoji
op den 22 Juny, wierd een Popje den 24, dito cn Uiltje 3 July, in 9 dagen. Verfcheide,
die ik had, waren van gelyken Legtyd.
TfVJALF-
! • i