
2680. 1667. Zinnepr. ter eere van C. de W itt. Standbeeid
van C. de Witt, in hamas met commando-staf;
achter hem de brandende schepen bij Chattam. Grav.
d. (/. Luyken). Hg. 10.4, br. 15.5 c. U i t : Gottfried
Kronijk. (M. 2279).
2681 . ------- 17 Sept. Teru gk omst van C. de W it t te Dordr.
na zijn zeetocht. Dordrechts wellekomst aan haaren
Borgemeester den Heldhaftigen Hoogachtbaren Heer Air.
Kornelis de Witt enz. In plano gedr. gedieht van
/ . Oudaen in 3 kol. Te Rotterd. By Fransois v. Hoogstraeten,
Boeckverkooper tegen over de Vlasmarct, 1667.
2682.--- ---- - 7 Nov. Uitreiking van de Chattam-bekers. Maaltijd
in den Doelen in den Haag, waarbij door de Staten
v. Holland aan den Heer de Witt en aan de Admiralen
de Ruyter en ,van Gent, de bekers worden aangeboden,
hen toegekend voor de overwinning bij Chattam. Grav.
znd. nm. gem. Derde Deel 17. Hg. 7.3, br. 7.7 c. U i t :
Het Swart Tooneel-gordijn vertoonende de Lauwerbladen,
gestrooit op het Graf van de Heeren Corn. en Joh. de
Witt. Derde druk. Anno 1677.
2683. 1668, 1 Mei. Overlijden van W en d e la B icker. Ad
Illustrem, Amplissimumque virum D. Johannem de Witt.
Primum Reipublicae Batavicae Alinistrum in Excessum
Dilectissimae Sibi Conjugis. Lat. gedieht op den dood
van de vrouw van den Raadpensionaris de Witt d.
/ . Turcq. Gedr. in plano.
2684. 1672. Spotprent op de partij van de W it t . Een
Nacht-gesicht waarin vertoont wordt Den Geparsten Koe.
Eene koe, de Nederl. staat, ligt tusschen eene pers, welke
door twee zwevende monsters met ossenkoppen, in de
verklaring, Geesten zoo wit als Englen genoemd, zooda-
nig wordt aangeschroefd, dat aan het dier aan alle zijden
geld uit het lichaam wordt geperst, ’t welk door de
vrinden ’t zamen wordt opgevangen. Links vooraan
een Koopman en een Boer hun nood hierover klagende;
rechts een leeuw, die een takje vasthoudt, waaraan
2685.
2686.
2687.
2688.
2689.
2690.
een oranjeappel ; in den achtergrond eene menigte sol-
daten. Met vers in 2 kol. Grav. znd. nm., adres, noch
jaartal. Hg. 15, met vers 37, br. 20 c. (M. 2309).
Deze prent is vermoedelijk uitgegeven in 't laatst van 1671 of begin van
1672, toen de Witt nog aan de regeering was, doch de Oranjepartij meer
en meer het hoofd begon op te steken.
1672, (April). Spotportretten van de De W itten e. a.
Zes portretten in médaillon, der krijgvoerende Vorsten
en hoofdpersonen, in den oorlog van 1672. Borstbeelden
welke omgekeerd dieren voorstellen, waarbij de gebroeders
de Witt als : wolf en vos. Verkl. reproductie van zes
gravures, znd. nm. (d. of als Romeyn de Hooghe), allen
op één blad vereenigd. Hg. 17.2, br. 12 c. Uit : Müller,
Onze Gouden Eeuw. Dl. I I , bl. 395. (M. 2327).
13 Mei. Vernieling schilderij de W itt. De schilderij
ter eere van Coms. de Witt, na de overwinning
van Chattam, op het stadhuis te Dordrecht opgehangen,
door het volk vemield. Grav. znd. nm. Hg. 10.5, br.
15 c. Uit : Gottfried Kronijk. (M. 2279).
Zie Nos. 2677—79.
21 Juni. A an s la g op Joh. de W itt. De Raadpensionaris
de Witt des avonds op de Plaats, in den
Haag, aangevallen door den Student Jacob de Graaff.
Grav. d. R. Vinkeles, n. / . Buy s. Hg. 14.2, br. 8.7 c.
Uit : Kok, Vaderl. Woordenboek. Dl. X V I I I , pl. V.
(M. 2360, a).
---------------------------------Dez. pl. proefdr. v. d. 1.
(M. 2360, b).
Hetz, andere voorst. Grav. znd.
nm. Hg. 10.5, br. 15 c. Uit : Gottfried Kronijk. (Niet
bij M.).
7 Hetz, andere voorst. Reproductie
in autotyp. v. een der kleine afb. uit de prent : Witten
Wonderspiegel (n°. 2668). Hg. 8.8, br. 10 c. Uit : Müller,
Onze Gouden Eeuw. Dl. I I . bl. 406. (M. 2390).