
en Nassau etc. i n ’t overuaaren van de Moerdijk den 14den
Julij 1711. Grav. d. B. Picart 1729. Gem. Tom. I l l ,
pag. 697. U i t : Le Clerc. Geschiedenissen der Vereenigde
Nederl. 1738. Hg. 25, br. 33.3 c. (M. 3473, a).
2398. 1711, 14 Juli. Do od van Prins Johan W illem F riso .
Prins Joh. Willem Friso verdrinkt. Andere voorstelling.
Grav. d. R. Vinkeles 1776, n. H. Kobell Jr., met adres
v. P . Conradi en V. van der Plaats. Hg. 15.8, br. 19.8 c.
Uit eene serie van 4 p la ten : Gebeurtenissen dezes tijds,
in 1781 te Haarlem uitgeg. als illustratie van Wagenaar
Vad. Hist. (M. 3474, a).
2399. 1740, Dec .— 1741 Jan. Overstroomingen in Gelderland
en Z .-Holland.
Serie van vier prenten, elk met verschillend opschr. op
eene label, boven in de pi. en Verklaring in boekdruk
er onder.
1 Ware afbeeldinge van het doorbreken van den
Dijck bij Eiden, gelegen nabij de Stat Arnhem en
Heusden tot aan de stad Cuylenburg............... enz.
Links een dijk waarop eene menigte vluchtelingen
met hun vee ; rechts de toren van het dorp Hees en
verdrinkende menschen en dieren.
2. Tweede Plaat der overstroomingen.................. Inzonderheid
van de Alblasserwaard, Het Land van Gorcom en
het Land van Vianen............... enz.
Op den voorgrond eene Commissie van Gecommitt.
Raden v. Holland, aan de slachtofiers der ramp geld
uitdeelende; verderop Gorcum en Dordt enz.
3. Derde plaat der overstroominge inhoudende het Rijk
Nimwegen, strekkende van de steede Emmerik tot Thiel,
benevens de Meijerije van den B o s .................. enz.
Op den voorgrond Dijkgraven en Heemraden der over-
stroomde streken, aan werkheden bevelen gevende tot
het herstel van dijken, het maken van hulpgaten enz.
4. De vierde Plaat van de overstroomingen der landen,
inzonderheid het Land v. Altena en het Land v. Heusden
............... de gantsche Biesbos ofte verdronken Waard
v. Z.-Holland, benevens de geheele Bommelerwaard
............... enz.
In den voorgrond afb. van de' Kettingmolen die ge-
bruikt is om het water uit de stad (Heusden ?) te malen;
in den achtergrond links, Dordrecht.
Gravure n. en d. / . Smit 1741, m. adr. v. A. van Huijs-
steen en S. van.Esveldt. Amst. 1741. Hg. 33.5 à 34.6
br. 50 à 51 c.
2400. 1747, 5 Juni. Stadhouderlijke stoel. Afb. van den
vergulden met groen fluweel bekleeden stoel en voet-
schabel," gebruikt op het stadhuis bij het bezoek van den
Prins-Stadhouder Willem IV aan Dordr., 5 Juni 1747.
Teek. in kl. d. E. H. Schoemaker 1903. Hg. 30.2, br.
20.5 c., n. het origineel in het Museum Oud-Dordrecht.
Deze stoel is vervaardigd, inge volge Résolu tie van den Oud-Raad van
10 Mei 1747 en ook gebruikt bij het bezoek van Prins Willem V,
21 Mei 1766.
2401. 1758, 7 Dec. Deputatie der Holl, kooplieden aan
Prinses Anna. De Holl, kooplieden leveren hun klaeg-
schrift wegens de Geweldenarijen der Engelschen aan de
Vrouwe Gouvernante over. Grav. n. en d. S. Fokké’, m
adres v. F. Houttuyn. Hg. 16.5, br. 13.3 c. Uit : Nederl.
Jaarb. 1758, 2e dl. (M. 40.89, a).
Onder deze deputatie, uit 40 personen bestaande, bevonden zieh uit
Dordt, de Heeren Crena en Hoogstraten.
2402. 1771, 14 Aug. Huwe lijk van P. B lu s sé en S. A. C.
Vermeer. Zinnepr. op het huwelijk van Pieter Blussé
met Sophia Amolda Christina Vermeer, te Dordrecht
geSloten 14 Aug. 1771. Grav. znd. nm. met 2-reg. in-
schrift : Z ij streeven een van ziel en zin, Naar ’ t Heilig
auter van de Min en de naamcijfers P . B. en S. A. C. V.
Hg. 16.5, br. 12 c.
2403. 1782. Het o o r lo g s ch ip „H e r cu le s ” . Het op stapel
staand oorlogschip de Hercules. Gebouwd door den scheeps-
timmerman J. Spaan, op de Nieuwe werf, Buiten Dordrecht
M D C C LX X X I I . (Aan het zoogen. Willigenbosch).
Grav. d. / . Schoenmakers (n. / . van Strij) m. adr. van