3I4I- F re d e rik IV, K e u rv o rs t v an den P fa ltz . Borstb. links,
omhangen met keten, den mantel op zijn linkerschouder,
in ov., met Lat. omschrift en van onder zijne spreuk :
Rege me domine, secundum verbum tuum en de Duitsche
vertaling daarvan. Crispiano Passaeo caelatore (ciseleur =
graveur). Hg. 14.8, br. 11.5 c. Pendant van een portr.
, zijner gemalin niet hier aanwezig.
3142. C h a rlo tte B rab a n tin e , P rin s e s v. O ran je -N assau ,
Borstb. links, met kapje op het hoofd en driedubbele
geplooide kraag. Lichtdruk n. eene schilderij van G.
Honthorst in de Kon. Hannoversche galerij te Herrenhausen.
Hg. 11.5, br. 9.5 c. Uit : De Vorsiinnen v. h.
huis v. Oranje-Nassau d. Joh\ W. A. Naber en Louise
de Neve, Haarlem 1898.
Charlotte Brabantine, Prinses van Oranje-Nassau, Dochter van Prins
Willem I en van Charlotte van Bourbon, geb. te Dordrecht 1580, in het
huis „de Vijgenboom , Voorstraat 322, hoek Kleine Spuistraat, destijds
toebehoorende aan den Sehepen Jan v . Wesel Thomasz.; overl. t e . . . .
1631, gehuwd met Claude de la Tremouille, Hertog van Thouars 1598.
Toen de Prinses, 13 Sept. z6i8, met hare hinderen, in Dordt vertoefde,
bracht zij 00k een bezoek aan haar geboortehuis. Baien, blz. 873.
3143. Maurits, P rin s v an O ran je -N a s sau . Borstb. rechts in
hamas, in ov. met veel bijwerk. Teek. en grav. d. P.
Tanjé 1748 n. Miereveit, m. adres der Soc. Bibi. Rotterod.
Hg. 36, br. 22.5 c. Uit de Serie van 21 P o rtretten der
Nederl. Stadhouders. Zie n°. 3130 hiervoor (M. 118 ;
v. S. I 125).
Maurits, Prins van Oranje-Nassau, geb. te Dillenburg 1567, overl. te
'sGravenhage 1625; Stadhouder van Holl., Zeel., Utrecht, Gelderl.,
Overijsel, Groningen en Drenthe, hield zieh van 1583— 1608, meermalen
te Dordrecht op; bezocht de stad o. a . in 1611, '12 en '17,
3144. h Borstb. rechts in harnas, in ov. Grav. d.
/ . Houbraken, n. de teek. v. A. Schouman u. Miereveit,
m. adres v. Is. Tirion. Hg. 17.7, br. 11 c. Uit : Wagenaar,
Vad. Hist. (M. 135).
3145. F re d e rik H endrik, P rin s v an O ran je -N a s sau . Borstb.,
rechts, in hamas, in ov., met veel bijwerk. Teek. en graveur
d. P. Tanjé, Amst.- 1749, met adres der Societ.
3146.
3147-
3148.
3149-
3150.
3151-
Bibliop. Rotterod. Hg. 36, br. 32.5 c. Uit de serie van 21
P o rtre tten der Nederl. Stadh. Zie n°. 3130 hiervoor
(M. 169; v. S. I. 125.
Frederik Hendrik, Prins van Oranje-Nassau, geb. te Délit 1584, overl.
in den Haag 1647. Stadhouder van Holl., Zeel.. Utrecht, Gelderl., Over-
ijssel, Groningen en Drenthe. Vertoefde te Dordrecht o. a. in 1604,
1608, 1614 en 1643.
F re d e rik H en d rik , P rin s v a n O ra n je -N a s s au . Borstb.
in hamas, rechts, in rijk versierd ovalen passe-partout.
P ortr. en rand gegrav. d. / . Brouwer, n. de schilderij van
G. Honthorst m. adr. van Fred, de Widt. Amst. Hg. 45,5,
br. 37.5 c. (v. S. 261).
------------------Borstb. rechts in hamas. met p la tten kraag
met 5-reg. onderschr. Grav. d. A. Vaillant. Hg. 25.7,
br. 17,5 c. (Noch bij M. noch v. S.).
Borstb. rechts in ov. met lijfspreuk en 7-reg.
onderschr. Grav. znd. nm. Hg. 31. br. 19 c. Van achter
bedrukt. Uit : v. Meteren, Holl. uitg. Amst. of Zaandam
1647 of Amst. 1663 (v. S. 251 b.).
---------------9 Borstb. in harnas, links, in ov. Grav. d. / .
Houbraken n. de teek van A. Schouman n. Miereveit, m.
adr. van Is. Tirion. Hg. 17.8, br. 11 c. U it: Wagenaar,
Vad. Hist. (M. 174).
W illem II, P rin s v. O ra n je -N a s sau . Borstb. in h a rnas,
waarover het lin t der orde van den Kouseband, in
ov. met veel bijwerk. Teek. en grav. d. P. Tanjé 1749,
n. Honthorst. met adres der Societ. Bibliopol. Rotterod.
Hg. 357, br. 22.3 c. Uit de Serie van 21 portretten
der Nederl. Stadhouders. Zie n \ 3130 hiervoor. (M. 201
v. S. Dl. I n°. 125).
Willem II, Prins van Oranje-Nassau, geb. in den Haag 1626, overl.
aldaar 1650. Stadhouder van Holl ' Zeel., Utrecht, Gelderl., Overijssel en
Drenthe. Bezocht Dordr. in 1643 en 1649.
------------------Borstb. rechts, als boven, in ov- met bijwerk
van heim, degen enz. Grav. d. / . Houbraken n. de teek.
v. M. Verheyden n. het origineel d. G. Honthorst 1649.
Hg. 17.2, br. 10.6 c.