i l l l l
R im
Ü !
.
BJSf' }
' 1
li Ml
IT»i
B? 11 HI
Keerzijde: een voor een brandend altaar staand, elkander
de band gevend ecbtpaar tusschen twee door bogen Verbünden
kolommen, daarboven een zwevende 'Genius een lauwer-
krans houdende en op een bazuin blazende.
Zilver gegraveerd. Groot mM. 40.
LXXI.
1824 3 October.
T e r Eer e v a n d en b u r g eme e s t e r
P. A. v a n d e r Werf .
Voorzijde gebeel gelijk Dirks n°. 237.
Keerzijde mede gelijk Dirks n°. 237, docb met dit verschil
dat de lauwerkrans geslagen en kleiner is, terwijl de letters
van de gegraveerde dicbtregelen mede kleiner zijn.
Brons. Groot mM. 19.
LXXII.
1824 20 November.
Op r i c b t i n g v a n de Zu i d -Ho l l a n d s c b e
Ma a t s cbappi j t o t r e d d i n g v a n s cb ip b r e u k e -
l i n g e n te Ro t t e rd am.
Voorzijde: gebeel gelijk Dirks n°. 540 en 593.
Keerzijde: mede gelijk bovenstaande penningen, docb in
het veld in zes regels gegraveerd:
OPGERIGT
20 NOVEMBER
1824
DOOR
WILLEM
VAN HOUTEN.
Zilver. Groot mM. 52.