Tegen de trappen van den troon rüsten
rechts spade en houweel, op de onderste
trap links: l . j ü n g e r i n v . In de afsnede maat-
stok en schietlood, ter zijden waarvan Staat:
F. BAETES. FEC. ANTVERP.
Kz. In versierden rand, omgeven door een
verhoogden matten band, waarop 8 vijfpuntige
sterren:
IN HET
34E JAAR DER
REGEERING VAN
KONING WILLEM III
ONDER HET BESTUUR
VAN DEN
MINISTER VAN WATERSTAAT
JONKHS G. J. G. KLERCK
IS DE WET
VAN 20 JANUARI 1883
TOT VERLEGGING
VAN DE
UITMONDING DER MAAS
TOT STAND
GEKOMEN
Brons 75 m.M. Verz. Z. B ijd rag en 2e druk,
n°. 567. Oranjepenningen 1366. T ijd s ch r ift
1896, blz. 172.
Ieder, die in het N. deel van Noord-Brabant gereisd heeft, weet,
dat vaak maanden lang de spoordam in plaats van door landerijen
door uitgestrekte wätervlakten scheen voort te loopen. Dit is rivier-
water en komt uit de Maas door bet werken der overlaten — lagere
dijkgedeelten, daarin opzettelijk aangebracht om de dijken te sparen,
daar de sterk kronkelende rivier bij Sterken was het water niet
spoedig genoeg kan loozen. Hoewel dit vruchtbaar slib medevoe-
rend water de landerijen eer beter dan slechter maakte, was het vaak
te lang uitblijven van genoegzamen val, waardoor het weg kon
vloeien, wel degelijk een groot nadeel voor den landbouw, daar de
weilanden eerst laat in gebruik genomen en de bouwlanden niet
tijdig bewerkt konden worden. Daarvoor werd bij de wet van
26 Januari 1883 Stbl. n» 4, overwegende, dat in het rivierbelang en
ter verbetering van den waterstaatstoestand in Noord-Brabant noodig
is tot volledige afscheiding van Maas en Waal over te gaan, bepaald,
dat de uitmonding van de Maas zou worden verlegd naar den
Amer, met vaststelling van de daartoe noodige werken.
De penning werd in goud, zilver en brons aangeboden aan den
Koning en aan den zoon van den op 17 Januari 1884 overleden minister
K l e r c k en ontworpen door prof. L. J ü n g e r te Amsterdam, aan
wien de ie prijs bij den gehouden wedstrijd werd toegekend.
Elk der gemeenten, welker inwoners tot het vervaardigen van
den penning bijdroegen, kreeg een ex. in brons met de navolgende
oorkonde :
O O R K O N D E .
In het jaar MDCCCLXXXIII den zes en twintigsten dag der
maand Januari is de wet tot verlegging der uitmonding der Maas
naar den Amer tot stand gekomen.
Ter herinnering aan dit voor Noord-Brabant zoo gewichtig feit, is
een Gedenkpenning geslagen, die in drie metalen, goud, zilver en brons
aan zijne Majesteit den Koning der Nederlanden en aan Zijne Excellentie
den Minister van Waterstaat Jonkhr. G. J. G. Klerck is aangeboden.
De Gemeente ......................... wier inwoners tot het vervaardigen
van dien Penning hebben bijgedragen, ontvangt ter eeuwige gedach-
tenis een afslag van dien Penning in brons.
's-HER TO GENBOSCH, 15 April 1884,
De Commissie tot aanbieding van een Hulde-
blijk aan de Regeering naar aanleiding der
Wet van 26 Januari 1883 (Staatsblad No. 4).
Jhr. JOS. DE LA COURT, Voorzitter,
Dr. A. VAN DER STEEN,
F. J. POMPE.
Mr. F. A. J. VAN LANSCHOT.
Mr. A. H. SASSEN.
P. F. A. SPRENGERS.
Jhr. M. A. SNOECK.
A. JANSEN, Secretaris.
Er werden vervaardigd 2 gouden, 38 zilveren en 150 bronzen ex.