
Pieter Oosterhuis.
Feestelijke steenlegging
in 1870 doorKoning
Willem III bij de Oranje-
sluizen. Men is hier in
afwachting van de komst
van de koning en de
kroonprins.
zou er slechts een sobere openings-
plechtigheid plaatsvinden.
Het totale project bestond uit het aan-
leggen van een kanaal met sluizen,
een haven bij IJmuiden, een stoomge-
maal bij Amsterdam, droogmakerijen
in het IJ en het Wijkermeer, en een
aantal bruggen. De eerste fase bestond
uit het doorgraven van zes kilometer
duingebied. Dit gebeurde met behulp
van een primitieve stoomgraafmachi-
ne, bijgenaamd 'de ijzeren man'. Het
zand moest met kruiwagens worden
weggehaald. Ruim duizend arbeiders
werden aangetrokken om de graaf-
werkzaamheden voor het kanaal te
verrichten. Bij Velsen-Noord, bij de
buitenplaats Wijkeroog, richtte men
een betonfabriek op voor de vervaardi-
ging van grote betonblokken voor de
bouw van de pieren in de Noordzee,
die beschutting zouden moeten bie-
den aan schepen van en naar het kanaal.
Voor het vervoer van de blokken
legde men een spoorrail aan. Steigers
werden opgericht voor het lossen van
de blokken. Engelse werknemers werden
ingezet voor de betonfabriek en de
bouw van de pieren. Voor de graaf-
werkzaamheden werden ongeschoolde
Nederlandse grondwerkers aangeno-
men. Deze werkten 12 tot 16 uur per
dag en kregen niet per uur, maar voor
het aantal kubieke meters graafwerk
uitbetaald. Voor huisvesting was niet
gezorgd. De kanaalgravers leefden in
zelfgebouwde keten en hutten of slie-
pen soms in een kuil in het zand.
De karige Ionen, de siechte leefom-
standigheden en afgunst op de Engelse
arbeiders leidde de eerste jaren tot sta-
kingen en vechtpartijen. In September
1866 werd een Nederlandse grondwer-
ker bij onlusten door de Engelse op-
zichter John Marrs doodgeschoten.
Ondanks de ervarenheid van de
Engelse ingenieurs en aannemers, ver-
liep de aanleg van het Noordzee-
kanaal niet zonder bouwtechnische
Problemen. Dat kwam omdat de
Engelsen geen ervaring hadden met
bouwen op zandgrond. Sir John
Hawshaw, die zieh had bezig gehou-
den met de aanleg van de haven van
Dover, was voor de aanleg van de pieren
ingeschakeld. Het zand onder de
betonblokken van de pieren spoelde
echter steeds weg. Bij najaarsstormen
in 1867 en l869 werd de Noorderpier
zwaar beschadigd en de rijdende kraan
op de werksteiger weggeslagen.
De Engelse ingenieur Hutton ont-
wierp beweegbare kranen voor de ver-
plaatsing van de betonblokken. Deze
kranen werden 'Titanen' genaamd.
Een Titaan kon via een spoorrails over
het havenhoofd worden voortbewo-
gen. In de zware stormen in de jaren
1871-1872 gingen ook beide Titanen
verloren. Pieter Oosterhuis maakte
foto's van de verschillende kranen.
De datum van de productie van de betonblokken
werd in de blokken gegra-
veerd en is op sommige foto's goed te
lezen. De betonblokken moesten
zeker twee maanden uitharden voor
ze geschikt waren voor gebruik. Voor
de datering van de foto's zijn deze in-
scripties reuze handig.
In aprii 1870 kwam koning Willem III
naar de werkzaamheden om de eerste
steen voor de Oranjesluizen te leggen.
Deze feestelijke gebeurtenis is op foto
vastgelegd. Deze sluizen bij
Amsterdam kwamen in 1872 gereed.
Op 1 november 1876 opende Koning
Willem IH het Noordzeekanaal en kon
Pieter Oosterhuis. Werkzaamheden aan de Oranjesluizen. juni 1870
Pieter Oosterhuis. Stoomkraan
het eerste schip er doorheen varen.
De werkzaamheden waren toen nog
niet klaar. Vele verbeteringen zoals het
uitdiepen en verbreden van het kanaal
moesten al direct na de opening worden
uitgevoerd. De uitvoering van alle
werken tot en met het jaar 1883 heeft
ruim 37 miljoen gulden gekost.
DEVROEGSTE FOTO'S VAN HET
NOORDZEEKANAAL
Om de vorderingen van het
Noordzeekanaal vast te leggen wilde
de Minister van Binnenlandse Zaken
dat van de werkzaamheden foto's werden
gemaakt. Hij schreef op 13 april
1869 aan de directie van de
Amsterdamsche Kanaalmaatschappij:
'Gelijk U bekend zal zijn worden van
de meest belangrijke waterstaatswer-
ken photografische afbeeldingen ver-
vaardigd zowel bij de verschillende
en meest belangrijke phasen van uitvoering
als bij de voltooijing. Ik geef
u in overweging dien maatregel ook
op de werken uwer Maatschappij te
doen toepassen en zou dan gaarne tel-
kens een vijftal exemplaren dier pho-
tografien ontvangen.' De Amster-
damse fotograaf Pieter Oosterhuis
(1816-1885), ervaren in het vastleggen
van bouwkundige projecten, ging
Pieter Oosterhuis. Oranjesluis in 1875
dadelijk aan de slag. In een groot aantal
gevallen zijn de vijf exemplaren
bewaard gebleven. Oosterhuis fotogra-
feerde de bouw van de havenhoofden
in zee, de betonblokkenfabiek in de
duinen bij Velzen, én de
Oranjesluizen tijdens de bouw en na
de voltooiing. Deze foto's dateren uit
Chrispijn & Van der Aa. Werknemers bij de tras- en mortelmolens. 1891
[TEYLERSl