
resultaren niet verhüllen dat het officiële
doel van de expeditie mislukt was.
Adam Johann von Krusenstern zou geen
grote wereldreis meer maken. Wel publi-
ceerde hij tussen 1823 en 1825 de Atlas
der Südsee. Vlak na het verschijnen van
deze 34 kaarten bevattende atlas, werd
Krusenstern benoemd to t directeur van
de marineschool te Kronstadt.
NA KRUSENSTERN De uitbreiding van
de handelscontacten met China, de her-
nieuwde poging to t contact met Japan
door V.M. Golovnin (1776-1831),(17) en
de verdere ontwikkeling van de Russische
positie op de noordwestkust van Amerika
liepen op niets uit. Krusensterns bio-
graafI8) wijst beschuldigend naar de Russische
overheid; de prioriteit van de tsaren
lag primair in Europa. En: een aanvaring
met een van de Europese mogendheden
in de Noord-Pacific kon mogelijke gevol-
gen hebben voor de politieke verhoudin-
gen in Europa.
Het was de realiteit dat de Russische marine
niet vöorbestemd was een grote, militaire
rol te speien in dit gebied. De
steunpunten in dit gebied waren te
schaars, sleéht voorzien van materiaal en
geografisch gezien veel te ver van de thuis-
basis in Kronstadt.
Een laatste poging tot het vinden van een.
doorvaart via de Straat van Bering werd
ondernomen door Otto von Kotzebue
(1787-1846). Maar, zoals Krusenstern al
aangeeft in het voorwoord dat hij schreef
voor Kotzebues Voyage o f discovery into the
South Sea and Beerings Straits (1821), de
reis was ook bedoeld als een bijdrage aan
de wetenschap en de navigatie.
De poging van Golovnin tot hernieuwd
kontakt met Japan kwam hem op een
flinke période van gevangenschap te
staan. Het zou de Amerikaanse commandant
Perry in 1856 met veel machtsver-
toon lukken om Japan te dwingen zijn havens
te openen voor buitenlandse
schepen.
De Russische vestigingen in Amerika
werden opgeheven, en in 1867 verkochten
de Russen hun koloniën. Het was de
Russen niet gelukt om van de Noordpaci-
fische wateren hun eigen binnenzee te
maken. H
Niten 1. Peter de Grote (1672-1725) was bekend met Wrtsens boek. In Russia in Pacific waters, merkt de
auteur G. Barratt op dat de filosoof G.W. von Leibnitz (1646-1716) tsaar Peter tijdens hun ontmoe-
ting in 1716 zelfs een plan voorlegde ter exploratle van de Straat Anian.
2. De tekst bij de bergketen luidt: ‘...on ne sait pas ou se termine cette chaine de montagnes, et si elle
ne va pas joindre quelque Continent’ , en is afkomstig van de Carte de Tartane uit R. Ottens,
Atlas major (...), Amsterdam, 1742.
Op de kaart is in de rechtermarge nog net Japan ziclitbaan verder naar boven, tussen 45 en 50
graden noorderbreedte, staat het Terre d'Eso ou d'Yeso afgebeeld. Het ligt vreemd dicht tegen de
Tartaarse kust, praktisch tegenover de rivier de Amoer, op de piek waar het eiland Sachalin ligt.
3. Histoire de la Russie d‘Amérique et de l’Alaska van M. Poniatowski, p. 20.
4. Morton Spanberg maakte onderdeel uit van Berings expeditie. Zijn bezoek aan Japan leverde hem
zelfs een artikel op in de Amsterdam Gazette (januari 1740). In zijn verslag maakt Spanberg al
duidelijk dat het aangaan van handelsbetrekkingen met Japan niet eenvoudig zal zijn.
5. Het was de Duitse geleerde George-Wilhelm Steller (1709-1746) die als enige enkele uren doorbrach
op de noordwestkust van Amerika.
6. Het idee om de handelsstad Kiakhta te bereiken door de Amoer stroomopwaarts te varen maakte onderdeel
uit van Berings Grote Kamtschatka-expeditie. Het probleem was dat er nog geen zee route van
Ochotsk naar de delta van de Amoer gevonden was. Bovendien was de delta van deze rivier uiterst
moeilijk te bevaren want in hoge mate verzand, zoals ook kapitein Krusenstern zou ondervinden. De
Amoer lag bovendien in omstreden gebied. In het in 1726 gesloten verdrag tussen de Russen en de
Chinezen was ten aanzien van dit gebied niets geregeld. Toch legden de Chinezen een claim op dit
gebied. Kiakhta zou grote concurrentie ondervinden van Kanton, en uiteindelijk zijn betekenis als
‘koop-verkoopstad’ geheel veriiezen.
7. De Russisch-Amerikaanse Compagnie werd opgericht door G.I. Shelikov (1747-95) en I.L Golikov.
Beiden waren succesvolle handelaren in Kamtschatka. Hun piannen om een grote maatschappij op
te richten dateren van 1788.
8. Jean-Francois Galaup, comte La Pérou se (1741-na 1788) moest onder andere de Chinese kust en
Kamtschatka verkennen. De beide fregatten La Boussole en L’Astrolabe verdwenen spoorioos nadat
ze Botany Bay (Australië) hadden vertaten.
9. Professor Laxman schreef op verzoek van tsarina Catherina II een rapport over Japan; dit leidde tot
de genoemde expeditie onder leiding van Laxman’s zoon.
10. De brief vormde de basis voor het met kapitein Krusenstern meegereisde diplomatieke gezelschap
onder leiding van gezant Rezanov.
11. Andreas van Braam Houckgeest was vanaf 1774 verfoonden aan de Hollandsche Maatschappij, J.A.
Bierens de Haan, De Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, 1752-1952.
12. Von Langsdorff maakte een verslag van zijn reis, getiteld Bemerkungen auf einer Reise um die Welt
(1812).
13. Otto von Kotzebue (1788-1846) voer mee aan boord van de Nadeshda; zeilde later zelf nog tweemaal
rond de wereld. Faddei Gottlieb von Bellingshausen (1779-1852) leidde van 1819 tot 1821 een
expeditie naar Antarctische regionen.
14. Kapitein Lissianski zou de gouverneur van de koloniën Bazarov helpen bij het heroveren van het fort
te Sitka op de indianen.
15. Doeff weerspreekt in zijn boek de Russische beschuldiging als zou hij verantwoordelijk zijn geweest
voor het mislukken van de Russische missie. Doeff wijst op de onwetendheid van de Russen ten
aanzien van de Japanse gebruiken, en de houding van de gezant Rezanov.
16. De co-hong handelaren droegen de verantwoording voor de transacties met de buitenlandse
handelshuizen; zij inden de in- en uitvoerrechten en droegen deze af aan de Hu-pu, het hoofd van de
douane te Kanton.
17. AJ. von Krusenstern, Reise um die Welt (...), Bnd. II, p. 299.
18. Golovnin vertrok in 1806 met de Diana naar Ochotsk, Kamtschatka en de Amerikaanse kust. In 1811
voer hij naar de Tartaarse kusL Zijn opdracht was om het werk van Krusenstern voort te zetten. De
Japanners namen hem gevangen toen hij aan land ging. Pas in 1813 kwam Golovnin weer vrij.
19. E. von Krusenstjem, Weltumsegler und Wissenschaftler, 1991.
M isera O verlillul
Door Carel van luyll Museum Overholland is een
particulier muséum dat zieh
rieht op het verzamelen en tentoonstellen van heden-
daagse tekenkunst in een internationale context. In
de jaren tachtig heeft het muséum aan het Amster-
damse Museumplein een reeks van spraakmakende
tentoonstellingen georganiseerd, gewijd aan werken
op papier van moderne kunstenaars. De consistent
hoge kwaliteit van de exposities maakte niet alleen
duidelijk dat er plaats is binnen het museale aanbod
voor een muséum gespecialiseerd op werken op papier,
maar ook en vooral dat veel intrigerende en ver-
nieuwende artistieke ontwikkelingen zieh tegenwoor-
dig in de tekenkunst afspelen.
Eerder dit jaar werd in de pers bekend gemaakt dat Museum
Overholland, na geruime tijd dicht te zijn geweest, de bakens
heeFt verzet en het gebouw aan het Museumplein heeFt ver-
laten. Het museum trekt de wijde wereld in en heeFt andere
musea in binnen- en buitenland maar al te graag bereid gevonden
om het tijdelijk onderdak te bieden en in hun zalen
‘overhollandse’ tentoonstellingen te maken. Als het wäre een
‘museum zonder muren’, dat zieh steeds voor enige tijd in
een bestaand museumgebouw nestelt.
■f De nieuwe reeks tentoonstpllingen begint in
g Teylers Museum, waar de tekenkunst vanouds
| spéciale aandacht geniet. In de nieuwe ten-
— toonstellingszaal opent op 30 november een
2 expositie van werken op papier samengesteld
8 uit de verzameling van Museum Overholland
£ onder de noemer Veraezichten. Zo op het ooq
■§ een heldere titel: wie kent immers niet de o^
klassieke getekende vergezichten van kun-
S stenaars als Jacob van Ruisdael oF Philips Ko-
8 ninck? In de Teyler-collectie zijn daarvan tal
; § van mooie voorbeelden te vinden. Wie echter
008
verwacht dat de Overhollandtentoonstelling
! -3 louter zal bestaan uit dergelijke voorstellingen,
maär dan van nieuwbouwwijken en snel-
wegen, komt bedrogen uit. Het verre zieht dat
de titel belooFt zou wel eens even goed betrekking kunnen
hebben op de körnende tentoonstellingen, waarvan dit de
eerste is, als op de individuele geëxposeerde werken, ledere
bezoeker zal het vergezicht anders beleven: het uitzicht dat
de verschillende kunstenaars in hun werk bieden.
Bij het ter perse gaan van dit nummer van het Magazijn Staat
nog niet vast wie in de tentoonstelling vertegenwoordigd
zullen zijn. Duidelijk is wel dat groepen tekeningen van kunstenaars
uit verschillende landen
en van verschillende generates
in Teyler te zien zullen
zijn. Een aantal - willekeurig
gekozen - namen geeFt de di-
versiteit van de selectie aan:
Richard Tuttle, Marlene Dumas,
Roger Raveel, Maria Serebriakova,
Gerhard Richter,
John coplans, Bruce Nauman,
Thierry de Cordier, Anne-Marie
Schneider, lannis Kounellis,
Hein Jacobs, René Daniels,
Tony Cragg. Voor de lieFhebber
van de (moderne) tekenkunst
zal er in ieder geval veel te ge-
nieten zijn! ■