
4. Rekonstrukties van a. skeiet en b. lijf van een
Rhipidist vergeleken met de rekonstrukties van c.
skeiet en d. lijf van Ichthyostega (naar Carroll,
Vertebrate Paleontology, 1988, en Grzimek, Het le-
ven der dieren. Oorsprong en ontwikkeling, 1974).
organen boven het water uitstaken. Zij
bouwden met hun resten de vochtige
humuslaag aan de rand van dat meer
waarin de eerste landbewonende dieren,
geleedpotigen zoals spinnen en
duizendpoten, konden leven. Wellicht
evolueerden daar ook de insekten uit de
duizendpoten.
De rhipidisten kunnen het land hebben
opgezocht vanwege de grote voedsel-
concurrentie in het water terwijl het op
het land wellicht ook veiliger was. Hoe-
wei; erzijn fossielen bekend van dui-
zendpoteri die aannemelijk maken dat
deze dieren wel 1,80 meter lang konden
worden. Alle nu levende duizendpoten
zijn trouwens roofdieren!
KLAAR VOOR HET LANDLEVEN Er is nog een
belangrijke reden te noemen waarom
deze vissen zieh aanpasten aan het
landleven. Er zijn tekenen die er op wij-
zen dat dit meer af en toe droogviel. Alle
vissen die zo'n droogteperiode niet op
de een of andere wijze konden overle-
ven, stierven. Nu hadden primitieve vissen,
die op de zeebodem leefden waar
vaak zuurstofarme condities heersten,
al een soort longen. Dit waren uitstul-
pingen aan hun slokdarm waarin ze
lucht bewaarden. De zuurstof uit deze
lucht gebruikten ze als aanvulling als de
kieuwen tekortschoten. Deze 'oerlong'
werd bij evolutie van de vissen steeds
meer gebruikt voor de regeling van het
drijfvermogen, als zwemblaas. De rhipidisten
waren met dit 'primitieve’ ken-
merk in dit opzicht echter al klaar voor
het landleven.
Een echte aanpassing waren de kwast-
vinnige vinnen waarmee ze wellicht de
afstand van poel tot poel konden over-
bruggen om nog van het allerlaatste
restje water te kunnen genieten.
Het leven van die eerste 'landvissen’
moet wat geleken hebben op dat van de
huidige slijkspringers. Dit zijn vissen uit
de familie van de zeegrondels, met
eveneens als leefgebied de grens tus-
sen water en land. Zij jagen op insekten
in mangrovewouden. Dit zijn bossen die
veel onder water staan maar ook op ge-
zette tijden droogvallen. Zo’n slijksprin-
ger kan dat droogvallen overleven om-
dat hij net als een kikker met zijn huid
kan ademen. Met zijn pootachtige vinnen
kan hij van poel tot poel springen
en zo de droge periode in een van die
poelen of zelfs in de modder overleven.
De slijkspringers hebben echter niet de
stap verder landinwaarts gezet. De zeegrondels
Zijn pas in hetTertiair, zo’n 50
miljoen jaar geleden, ontstaan. Ook de
veel oudere longvissen die een soortge-
lijke levenswijze hebben en die ingepakt
in de modder al ademend met hun huid
en hun zwemblaaslong een droge Periode
van wel vier jaar kunnen overleven,
zijn niet definitief aan wal gestapt.
Wel kan hun levenswijze ons veel leren
over de aanpassingen die nodig waren
voor deze grote stap.
5. Een oervaren en een oenvolfsklauw zoals die
deels onder en deels boven water aan de rand van
het Devonische meer geleefd hebben (naar Taylor
and Taylor, The Biology and Evolution of Fossil
Plants, 1993).
SKELETBOUW, HET CRITERIUM De huidige levenswijze
is niet het criterium voor het
aanwijzen van de landveroveraar. Daar-
voor moet men de bouw van de Skeletten
vergelijken. De grootste aanpassing
aan het landleven is namelijk niet de
overgang van kieuwademing naar long-
ademing maar de voortbeweging, van
zwemmen naar stappen. Hiertoe moest
de gehele skeletbouw veränderen.
6. a. Het skeiet van de borstvin van een Rhipidist
vergeleken met b. het skeiet van de voorpoot van
Ichthyostega; o: opperarmbeen, e: ellepijp, s:
spaakbeen (naar Grzimek, Het leven der dieren.
Oorsprong en ontwikkeling, 1974).
Van het oudst bekende amfibie heeft
men alleen een schedel gevonden te
midden van de Skeletten van kwastvin-
nlge vissen, de rhidipisten. Deze schedel
kwam het meest overeen met dat
van die rhidipisten. Ichthyostega, een
van de eerste amfibieen waarvan een
geheel skeiet is gevonden in de 'Old
Red’ van Groenland lijkt wat skeletbouw
betreft het meest op het skeiet van een
rhipidist uit het 'Old Red’ van Canada,
Eusthenopteron. De vinnen van deze
kwastvinnige doen niet alleen aan
kwastjes denken, maar hebben vooral
botjes die, wat uitsteeksels betreft, op
opperarmbeen, spaakbeen en ellepijp
of dijbeen, scheenbeen en spaakbeen
van de viervoeters op het land lijken.
Ichthyostega heeft nog een vissestaart
en ook de tanden komen bij beiden in
opbouw overeen.
Bij Ichthyostega ziet men nog een ver-
dere aanpassing. De botjes die bij Llbys
superbus zo mooi zijn te zien links boven
de buikvinnen, het bekken, liggen
tegen de ruggegraat om makkelijker het
lijf van de grond te kunnen lichten en
dus beter op het land te kunnen rond-
stappen op jacht naar buit: de rhipidisten.
Tentoonstellingen
2-3 t/m 12-5-19% - Schilderijen van Giorgio
Morandi (tentoonstellingszaal)
2-3 t/m 2-6-19% - Italiaanse tekeningen
1400-1700 (aquarellenzaal)
2-3 t/m 26-5-19% - De vissen van Solnhofen
(boekenkabinet)
25-5 t/m 28-7-19% - Heer Bommel en Tom
Poes (tentoonstellingszaal)
Concerter!
24-3-1996 - Programma met oude en
nieuwe muziek (loop van Goozen met 31-
toonsorgel), aanvang 12.00 uur.
5-5-19% - Het Huygens Kwartet met
nieuwe muziek in verschillende stemmingen
(Josje ter Haarf Chris Duindam, Ruben San-
derse en Eelco Beinema met werken van
Giacinto Scelsi, Manfred Stahnke, Anton
Hueber en Alois Haba), aanvang 15.00 uur.
13-4-19% - Semiotiek en ciyptografie: Dr
ir J.C.A. van der Lubbe, Het geheim en ciyptografie
Enkele voordracht /15,00,
studenten/Vrienden van Teylers Museum /
10,00. Reserveren door overschrijving op
bankrekeningnr. 56.00.50.550, ABN AMRO
te Haarlem (giro 4000), t.n.v. Teylers Museum,
zaterdagochtendlezingen. Voor losse
kaarten nummer(s) van de lezing(en) vermelden.
Vanaf 10.30 uur koffie, 11.00 uur
aanvang voordracht, 12.30 uur einde. Ver-
koop kaarten ook aan de zaal.
rico Mompou. Aansluitend aan het symposium
kunnen de deelnemers de tentoonstel-
ling bezichtigen, die dan speciaal voor hen
is opengesteld.
Zaal open 15.00 uur, afsluiting met borrel
en bezichtiging 17.10-19.00 uur. Toegangs-
kaarten kosten 40 gülden en kunnen worden
besteld bij de K.L. Poll Stichting voor
OKW, Herengracht 476,1017 CB, Amsterdam,
tel. 020-6238421.
Morandi-symposium
Ter gelegenheid van de opening van de
nieuwe vleugel met de schilderijententoon-
stelling van Giorgio Morandi organiseert de
K.L. Poll Stichting in samenwerking met
Teylers Museum een symposium. Deze bij-
eenkomst vindt plaats op zaterdag 9 maart
19% in de aula van het museum. Sprekers
zijn Betty van Garrel, medewerkster beeidende
kunst bij NRC Handelsblad, en Hubert
Jan Henket, architect van de nieuwe
vleugel. Pianist Marcel Worms geeft een
pianorecital dat geheel is toegesneden op
de schilderijen van Morandi, met werk van
onder andere de Spaanse componist Fede-
Steun Teylers Museum
In 1992 is het Teylers Museum Fonds opge-
rieht (zie Teylers Magazijn 39). Dit fonds
heeft tot doel een nieuw kapitaal bijeen te
brengen. Met de opbrengst daarvan kan het
museum zelfstandig voortbestaan. U kunt
dit initiatief steunen door een begunstiging
bij testament of bij leven.
Zaterdagochtendlezingen
16-3-19% - Semiotiek en musea: Prof. dr
M. Bai, Op de keper beschouwd: betekenis-
produktie in musea
Het bankrekeningnummer van het Teyler
Museum Fonds is: %.48.55.767 VSB te
Haariem (het gironummer van de bank is:
2459). Voor meer informatie over schenkin-
gen, testamentaire bevoordelingen en de
fiscale voordelen kunt u contact opnemen
met mr HJ. Voogd (hoofd bedrijfsvoering),
tel. 023-531%10.
Teylers Museum opent
eerste virtuele museum
in Nederland
Teylers Museum is sinds februari 1995 als
Nederiands eerste museum op Internet aan-
wezig. Na het geslaagde experiment in de
vorm van een eenvoudige digitale folder
zorgt Teyler een jaar na dato opnieuw voor
een primeur door het eerste echte virtuele
museum van Nederland te presenteren.
Door middel van links, buttons en hotspots
dwaalt de digitale bezoeker door de prächtige
zalen van het museum en ziet daarbij
haarscherp de vele hoogtepunten uit de
Teyler-collectie aan zieh voorbij trekken:
van de tekeningen van Michelangelo en
Rembrandt tot Van Marum’s indrukwek-
kende elektriseermachine.
Vanaf de Teyler-homepage, waarop de
prächtige hal van het museum prijkt, kan
de bezoeker tevens informatie opvragen
over lopende en toekomstige exposities,
toegangsprijzen en openingstijden, en de
openstelling van een nieuwe vleugel op 2
maart 19%. Geheel passend in de twee-
honderd-jaar-oude traditie van Teylers Museum,
biedt een elektronisch gastenboek
de bezoeker de gelegenheid zijn naam te laten
vereeuwigen en vragen of reacties kwijt
te kunnen. De informatie wordt aangeboden
in het Nederiands en Engels.
Teylers Museum is te vinden op
WWW-pagina:
http://www.nedpunt.nl/teylersmuseum/
Netscape: Teyler« museum
Horn* I R.tatd
BIBLIOTHEEK OVALE ZAAL