
14
In v e l e N e d e r -
¡ a n d s e p l a s t e e n
w a n d t ¡ e d e r j a a r
o p 7 7 n o v e m b e r
■ p i n t M a a r t e n
q e v i e r d
K i n d e r e n m e t
e e n l a m p i o n
h a l e n d a n
■ s n o e p o p b y
h o n b a r e n . Oak Engetand
kent zolke
traditionele
feesten .
T j p n p e , j ¿ ¿ h e b t
e e n m o o \ e p o p
g e i n a a k t , 0 e r t -
j e . W e r . k o o p
m a a r 1 \ e t e l e k -
ker<5 !P^T'
fH* E ' y •“* «i f*t i HBraMil
iHHH 3 H B l / S Z ., ■ . a ^ V .W
Reuzen en dwergen
Een expeditie in Vietnam op zoek naar de reuzenaap
(Gigantopithecus)
Op de onlangs in Teylers Museum gehouden tentoonstelling 'De
tentoongestelde mens' werden allerlei rariteiten van de mens getoond. Men
kon daar ondermeer reuzen, dwergen en behaarde mensen zien. In het scala
van rariteiten zou ook de 'Verschrikkelijke Sneeuwman' passen. Verhalen
over de Verschrikkelijke Sneeuwman, Big Foot en dergelijke creaturen zijn
waarschijnlijk al zo oud als de mensheid zelf. Fossielen werden vaak gezien
als overblijfselen van reuzen of draken. Ook werden aan fossielen magische
of geneeskrachtige eigenschappen toegekend. Over de hele wereld kon je en
kun je nog in Chinese apotheken op recept 'draketanden' kopen als medicijn.
In 1935 kocht Professor Von Koenigswald, die
beroemd zou worden door zijn vondsten van Homo
erectus op Java, op recept ‘draketanden’ in Chinese
apotheken in Kanton en Hongkong. Te midden van
die ‘draketanden’ vond hij drie gigantische kiezen, die
de basis zouden vormen voor de wetenschappelijke
kennis over Gigantopithecus, een enorme aap uit het
Midden Pleistoceen, zo’n 400.000 - 600.000 jaar
geleden. Nieuwe vondsten in 1957 vergrootten de
kennis van dit prehistorische creatuur. Echter, het
enige wat tot op heden gevonden is, zijn onderkaken
en kiezen. Waarschijnlijk had Gigantopithecus een
gevarieerd vegetarisch dieet. De kiezen waren niet
gerangschikt in een U-vorm, zoals gebruikelijk is bij
18 Gigantopithecus
met zijn \tijdgenoten ‘
Homo erectus em de
orang-oetang.
15
apen, maar enigszins hoefijzervormig. De hoektand
was niet puntig en stak niet boven het kauwvlak uit.
Dit zijn net de kenmerken van de menselijke groep en
zouden het bewijs zijn dat Gigantopithecus dichter bij
de mens zou staan dan enige andere aap tot op dat
moment gevonden. Gigantopithecius had waarschijnlijk
een lengte van 3 meter en woog zo’n 600 kg.
Weidenreich, die zieh ook met Pithecanthropus
bezighield, had het idee dat gedurende de
menswording er een verkleining optrad. Hij dacht dat
de evolutie van de mens verliep volgens de lijn
Gigantopithecus, die volgens Weidenreich dan ook
Giganthropus had moeten heten, via Meganthropus van
Java en Pithecanthropus naar Homo sapiens.
Er wordt wel eens gesuggereerd dat Gigantopithecus
zieh terug had getrokken in de Himalaya en daar
voortleefde als de Verschrikkelijke Sneeuwman of de
Beringstraat was overgetrokken en nu in de Rocky
Mountains voortleeft als Sasquatch of Bigfoot.
Aanvankelijk had men geen idee waar de fossielen uit
de Chinese apotheken vandaan kwamen, maar in
1937 werden soortgelijke vondsten gedaan in een grot
Hoshantung in de provincie Kwangsi in Zuid-China.
Bij de Gigantopithecus fossielen worden ook kiezen
van Homo erectus, orang-oetang en andere dieren
gevonden (afb. 1). Over het algemeen ontbreekt de
stratigrafische context
De orang-oetang komt ook subfossiel op Java,
Sumatra en Borneo (Kalimantan) voor, recent alleen
nog maar op Sumatra en Borneo. Gedurende een
koude periode van het Laat Pleistoceen waren de
eilanden Sumatra, Java en Borneo door een
zeespiegeldaling met het vaste land verbonden.
Waarschijnlijk migreerde toen de fauna van
Zuid-China en Maleisie naar deze eilanden. Het is dus
van belang de faunasamenstelling van de
Zuid-Chinese grotten goed te kennen. Echter de bio-,
litho- en chronostratigrafie van deze fauna, die
bekend Staat als de Stegodon-Ailuropoda fauna, is siecht
bekend. Deze fauna, die zoals de naam al zegt een
Stegodon (een primitieve olifant) en een Ailuropoda
(grote panda) bevat, is een zorgenaamde mixed fauna
met vroeg-, midden- en laat pleistocene, met vlakte en
tropisch regenwoud fauna-elementen.
Tussen Zuid-China en Java zijn slechts een paar
vindplaatsen bekend met orang-oetang. In 1.989 deed
de Amerikaan Ciöchon een onderzoek in grotten van
Noord Vietnam met als doel opgravingen te
verrichten in grotten die mogelijk Homo erectus,
Gigantopithecus en orang-oetang zoüden kunnen
bevatten. Daar de Chinezen de fossielen als medicijn
gebruiken, zijn er in China nog maar weinig grotten
met fossielen onaangetast. Dit is in het aangrenzende
Vietnam anders, waardoor deze grotten uiterst
geschikt zijn voor onderzoek. Russell Ciochon is een