
Nóg een herinnering aan Professor
Dubois
Met de typering: Dubois was een niet gemakkelijke persoonlijkheid, eindigt
Dr. A. van der Werff, een Teyler uitermate toegedaan man, zijn herinneringen
aan deze geleerde in Teylers Magazijn nr. 36. Mijn ervaring is enigszins
anders; als ik Dubois in mijn geheugen terugroep, denk ik aan een vriendelijk,
sociabel mens. Mijn herinnering gaat terug tot zo rond 1922/'23. Ik was toen
ongeveer zeven jaar oud en ik heb Dubois onder andere omstandigheden
meegemaakt dan in zijn tijd de student Van der Werff.
Menigmaal kwam de professor - zo werd hij ook door
mijn ouders betiteld - bij hen op zondagochtenden
een kopje koffie drinken Hij woonde te Haarlem aan
de Zijlweg nr. 77. Een wandeling naar ons huis op
' Elswout was dan ook niet ver. Waarschijnlijk meldde
hij zieh tijdig, want mij Staat bij dat mijn vader wie een
autocratische trek niet vreemd was, hem er eens in
gemoede op wees, dat hij immer welkom was, alleen
op Zondag nä kerktijd. Beiden hoezeer ook
verschillend van karakter konden het goed samen
vinden. Mevrouw Dubois heb ik nimmer gezien. Mij
werd als kind in de keuken verteld, dat zij erg knap
was, d.w.z. zij kende wel zeven talen.
Hoe was nu dat contact met mijn vader gelegd? Het
volgende kan dat duidelijk maken.
Sedert 189 8 wordt door de waterleiding van Haarlem
water onttrokken aan de duinen van Elswout ten
noorden van de Zeeweg te Overveen, nu de
Kennemerduinen. De tot-stand-koming van die
waterleiding heeft heel wat voeten in de aarde gehad.
Vooral mijn grootvader Tiemens Kerssen, toen
rentmeester van Elswout, heeft zieh daartegen tot het
uiterste verzet, omdat hij de uitdroging van het
kwetsbare gebied zag aankomen. Tenslotte werd na
stroeve onderhandelingen een minnelijke regeling
bereikt. Maar nauwelijks tien jaar later wenste
Haarlem de capaciteit van haar waterleiding te
vergroten, waardoor de grondwaterstand in het duin
nog meer zou dalen. Prof. Dubois kreeg daarop in
Januari 19 09 van het Bloemendaalse gemeentebestuur
de opdracht een onderzoek in te stellen naar de
oorzaak van de verlaging van de grondwaterstand en
tevens advies uit te brengen omtrent middelen tot
verbetering van de bestaande toestand. Al enkele
jaren tevoren had Dubois daarnaar onderzoekingen
verricht en deze wilde hij nu uitbreiden. De directeur
van de Haarlemse waterleiding L.W. Havelaar
weigerde de nodige gegevens beschikbaar te stellen.
Mijn grootvader zegde naar men licht kan begrijpen
alle medewerking toe. In zijn rapport van 30 Juli 1909
concludeert Dubois dat de Haarlemse prise d’eau het
duin reeds in belangrijke mate heeft uitgedroogd en
dat verdere uitbreiding ervan onaanvaardbaar is. Tot
eenzelfde slotsom kwam ook de Directie van de
Nederlandsche Heidemaatschappij in haar rapport
van September 19 0 9 . Sindsdien bestond er tussen de
altijd zeer gereserveerde Tiemens en Dubois een
zekere mate van welwillende gezindheid. Toen mijn
vader van 1 9 1 1 af als rentmeester zijn schoonvader
verving, ontwikkelde zieh ook tussen hem en de
drie-en-twintig jaar oudere Dubois een goede
onderlinge betrekking in de omgang.
Herhaaldelijk ondernamen zij gemeenschappelijke
tochten in het duin te voet, maar ook met de dogcart.
Naar ik later hoorde, was Dubois op dat
vervoermiddel niet zo gebrand. Het rijden door de
mulle karresporen, oneffen met vaak diepe kuilen,
stelde niet alleen hoge eisen aan de veren van het
tweewielige rijtuig, maar bracht ook het niet
denkbeeidige gevaar van omvallen mee. Dat nam
echter niet weg, dat Dubois ter herinnering aan die
wandelingen en ritten mijn vader eens een boekwerk
schonk: Die Bäume und Sträucher des Waldes, door
Hempel en Wilhelm (3 dln. Verlag E. Hölzel, Wien).
Soms mocht ik op zo’n wandeling mee. We liepen dan
door de aanplant van jonge corsicaanse dennen op
”Koningshof”, "Duinlust” en elders in het duin, waarin
Dubois zeer geïnteresseerd was. Eens hoorde ik hem
bij zo’n gelegenheid aan mijn vader verteilen over
schedels en botten, die hij had gevonden. Het spookte
toen door mijn kinderlijk brein, dat ik hem met zulke
zaken plezier zou kunnen doen. Waar ik ze vond,
raapte ik uitgebleekte konijneschedeltjes op, bij
voorkeur nog voorzien van tanden en kiezen, en gaf ze
hem. Geïnteresseerd en geduldig accepteerde hij wat
ik aanbracht. Hij vulde er vervolgens de zakken van
zijn overjas mee, die wéldra uitpuilden. Nooit zou hij
iets weggooien.
In mijn herinnering leeft Dubois voort als een
beminnelijk mens.
Mr. C.W.D. Vrijland
Agenda
Mededelingen
Tentoonstellingen
6-2 t/m 4-4-1993: Dirk Langendijk
(1748-1803): in woelige tijden getekend (eerste
schilderijenzaal)
12-3 t/m 17-3-1993: Willem Jan Hofdijk
(x816-1888); een dichter die kunstenaar werd
(bovenzaal)
xo-4 t/m 20-6-1993: De tentoongestelde
mens. Reuzen, dwergen en andere wonderen
der natuur (beide schilderijenzalen)
Zaterdagochtendlezingen over
Kringlopen
Een serie lezingen op de zaterdagochtenden
in de aula van Teylers Museum heeft de
‘kringlopen’ als onderwerp. Reeds zes van de
zeven verschillende disciplines over
kringlopen werden behandeld (filosofìe,
biologie, de Club van Rome, economie,
autopoiese en kunstgeschiedenis). Als laatste
onderwerp komt de kringloop in de oosterse
wereldbeschouwing aan bod. Deze lezing
wordt gehouden in de aula van het museum.
Vanaf 10 .30 uur bestaat de mogelijkheid een
kop koffie of thee te drinken. De voordracht
is van 1 1 .0 0 tot 12 .3 0 uur, inclusief een half
uur discussie. Kaarten zijn in het museum
verkrijgbaar (f 15 ,- ;/ 10,- voor Vrienden van
Teylers Museum) of door het verschuldigde
bedrag over te maken op
bankrekeningnummer 36.00.30.330
(ABN-AMRO Haarlem, girorek. 4000) t.n.v.
Stichting Teylers Museum inzake
Teylerlezingen, onder vermelding van
‘Kringloop 7’.
Programma
20 maart 1993: Dr. V.A. van Bijlert: De
gebroken Cirkel, Indische gedachten over
kringloop en verlossing
Concerten
Programma:
zondag 7 maart 1993 — Koffieconcert,
aanvang 12.00 uur (Joop van Goozen —
31-toonsorgel; Jos Zwaanenburg — fluiten)
zondag 4 aprii 1993 — Serie ‘Anders
gestemd’, aanvang 13.00 uur (Alek Frosztega
— clavecimbel in ‘Franse temperatuur’)
zondag 11 aprii 1993 — Huygens Kwartet,
aanvang 13.00 uur (Het Huygens Kwartet met
Franc Polman, Karen Segal, Ruben Sanderse
en Eelco Beinema)
Voor meer inlichtingen en programma in de
IJsbreker: Stichting Huygens-Fokker,
Centrum voor Microtonale Muziek,
Weesperzijde 23, 10 9 1 ec Amsterdam, tei.
0 20-69 2139 3.
De tentoongestelde mens
Tot 10 april a.s. is de tweede schilderijenzaal
voor het publiek gesloten in verband met het
inrichten van de zaal voor een grote
overzichtstentoonstelling onder de titel ‘De
tentoongestelde mens. Reuzen, dwergen en
andere wonderen der natuur’ (10 april t/m 20
juni). Deze tentoonstelling gaat over mensen
die zieh de afgelopen vier eeuwen vanwege
hun bijzondere verschijningsvorm lieten
exposeren. Het accent ligt op reuzen,
dwergen, Siamese tweelingen, kolossen,
skelet-, huid-, haar- en rompmensen die te
zien waren aan koningshoven, in
menagerieen, op de kermis en in het circus.
Ook zal er aandacht worden besteed aan
uitheemse mensen, zoals Eskimo’s, Indianen,
negers en Hottentotten, die vanwege hun
exotisch uiterlijk naar Europa voor expositie
werden gehaald. Deze cultuurhistorische
tentoonstelling wordt medisch-historisch
ingeleid met medische boeken, prenten en
preparaten, waarna aan de hand van
tekeningen, prenten, schilderijen, pamfletten,
affiches en foto’s de menselijke wonderen der
natuur per eeuw worden behandeld. Ook
zullen er van hen soms persoonlijke
bescheiden te zien zijn. Zeer bijzonder zijn
drie bruiklenen uit het Edams Museum van
drie vroeg i7de-eeuwse schilderijen, die een
reuzin van 2.30 meter, een man met een
baard van 2.30 meter en een man van 225
kilo voorstellen. Uit circa 1700 dateren zes
CASINO - ’S HAGE.
Bleckte körten tijd te eien.
UET GB00T8TE NATPPRWOKDER DEB WEBKLD.
► 0 « v r o u t c met h e t h e e u w e n h o o f d 3
r________Miss LCOKrmE. <
Entree IO oenta
bladen uit het zogenaamde album van Jan
Velten. Deze man tekende in de Amsterdamse
herberg Blauw Jan ondermeer een dwerg, een
armloze kunstenaar en een parasitaire
tweeling. Van de Finse reus Daniel Cajanus,
die in 1749 te Haarlem overleed zijn
schilderijen, pamfletten, kledingstukken,
schoenen, handschoenen, botten, gedichten
en zijn bijbel te zien.
Bij de tentoonstelling verschijnt onder
dezelfde titel een rijk geillustreerde publikatie
(Uitg. de Walburg Pers, 96 pp., 95 ill, prijs
/27,30). In Teylers Magazijn 39 verschijnt over
dit onderwerp een uitvoerig artikel.
Het Teyler Initiatief 1992/93
De sluitingsdatum voor inzendingen van de
milieuprijsvraag was ditmaal vervroegd tot 15
januari. Het bestuur heeft verheugd kunnen
vaststellen dat er dit jaar opnieuw meer
inzendingen waren dan de voorgaande twee
jaren, namelijk 31. Voor de prijs voor
professionelen zijn 33 projekten kandidaat
gesteld, voor de publieksprijs 17. De jury gaat
zieh de körnende maanden buigen over de
inzendingen die van diverse particulieren,
instellingen en onderzoeksinstituten
afkomstig zijn. De prijsuitreiking is voorlopig
gepland op 22 april in de namiddag. Wie de
prijzen zal uitreiken zullen wij in het
volgende Magazijn laten weten.
Nieuwe Directeur
Met ingang van 1 oktober 1992 heeft mr
G.N.A Le Poole zijn functie van Directeur
van Teylers Stichting neergelegd. In zijn plaats
hebben Directeuren in hun vergadering van 8
oktober 1992 benoemd drTh. Beels,
wonende in de gemeente Heemstede.
16 Miss Leonine, de
vrouw met het
leeuwenhoofd,
kermisstrooibiljet, Den
Haag ca. 1900. (Atlas
van Stolk, Rotterdam)