
J.H. van Borssum Buisman
conservator en kastelein
1. Staand v.I.n.r. J.G. de Bruijn (bibliothecaris), M.
van Molenbroek (assistent-bibliothecaris), C.O.
van Regteren Altena (conservator), C. Cornet (sup-
poost), mevrouw Jansen-Ruis (hoofd huishouding
Fundatiehuis), J. Klinker (restaurator fossielen),
Meike Sieswerda (assistente Kunstverzamelin-
gen), Th. Wubbe (technische dienst), J.H. van
Borssum Buisman, zittend de heer en mevrouw
Weijts (technische dienst en huishoudung Fundatiehuis),
foto 1977.
Van 1973 tot 1983 was ik assistente van de conservator
van de Kunstverzamelingen, Jan van Borssum Buisman, die tevens beeld-
houwer was. In het testament van Teyler was bepaald dat de ‘opzigter' der
kunstverzamelingen bij voorkeur een kunstenaar moest zijn. Buisman was
de laatste kunstenaar-conservator in een 200-jarige traditie.
Onze werkkamer was de Aquarellenzaal,
die pas na de nieuwbouw van 1996 als
modern prentenkabinet toegankelijk
werd voor het publiek. Wij zaten daar om-
geven door wanden met boeken tot aan
het plafond. De zaal keek uit op de bin-
nentuin met oude bomen. Regelmatig
kwamen bezoekers op afspraak tekenin-
gen uit de portefeuilles bekijken. Buisman
sjouwde met de zware tekeningen-
Bappen uit de kluizen Ä de Eerste
Schilderijenzaal en gaf tekst en uitleg.
Collega-conservatoren uit de hele wereld
kwamen op bezoek.
Elke drie ä vier maanden organiseerde
Buisman een tentoonstelling uit de rijke
tekeningen- en prentencollectie van het
museum. Elke keerweerslaagde hij er in
boeiende exposities samen te stellen.
De tekeningen werden met de oude op-
zetkartons geexposeerd, vaak nog ver-
vaardigd door Wybrand Hendriks, conservator
Van 1785-1819. Wanneer het
nodig was maakte Buisman zelf nieuwe
passepartouts. Het was een genoegen
hem te helpen bij het opbergen van de tekeningen
nadat de tentoonstelling was
afgelopen.
Behalve conservator was Buisman dok
'kasteleyn' zoals Pieter Teyler die functie
in zijn testament had genoemd. Dat be-
tekende dat hij de dagelijkse leiding en
het algemeen beheer over het museum
had. De conservatoren van de andere ka-
binetten kwamen meestal op zaterdag.
Dat waren deskundigen die bij andere in-
stellingen werkten: dr. H. Enno van Gelder
van het Numismatisch Kabinet, dr.
C.O. van Regteren Altena van het Paleon-
tologisch-Mineralogisch Kabinet en de
atoomfysicus prof. dr J. Kistemaker van
het Fysisch Kabinet.
Bij het 200-jarig bestaan van Teylers
Stichting in 1978 stond ailes in het teken
van de herdenking. Buisman maakte de
tentoonstelling 200 jaar verzamelen -
hoogtepunten der tekenkunst, met tekeningen
van Michelangelo, Rafaël, Rembrandt,
Claude Lorrain, Watteau en vele
anderen. Hij schreef de begeieidende ca-
talogus en ontwierp het affiche. De ko-
ningin, nu prinses Juliana, was de eerste
gast die hij rondleidde.
In 1980 nam de VARA voor het tv-pro-
gramma De Rode Ballon een cultureel programma
op in de Ovale Zaal. Jan Buisman
werd uitgebreid geïnterviewd door Jeanne
van Munster. Het muziekstuk De. Schip-
breuk van Johan Wagenaar werd gezongen
en het Willem Breuker Kollektief speelde
op de gaanderij van de Ovale Zaal. Het ge-
luid van de saxofoons scheurde door het
muséum. De uitzending genereerde veel
publiciteit voor Teylers Museuiïi, wat goed
te pas kwam omdat er destijds geen geld
was voor public relations. De volgende
weekenden was er heel veel bezoek.
In die jaren kwam op een winternamiddag
een vlucht spreeuwen de tuin binnengevlo-
gen om een overnachtingsplekte vinden in
de grote kastanjeboom en beuk. ledere
middag kwamen er meer vogels waardoor
de zwerm aangroeide tôt honderden oor-
verdovend kwetterende vogels, die de tuin
witpoepten. In de aquarellenzaal was rond
vier uur duidelijk te horen dat de spreeuwen
in aantocht waren. Buisman rende
dan handenklappend en schreeuwend de
tuin in. Wanneer er op zo'n moment tele-
foon voor hem was, zei ik: ‘Meneer Buisman
is in de tuin spreeuwen aan het weg-
jagen'. Ik hoorde aan de andere kant dan
denken: ‘Het is toch wel heel bijzonder
daar in Teyler' en dat was het ook. ■