
5. W a t e r k r a c h t c e n t r a l e P l e n g a n a a n de Tj i sa-
r oew a (3 X 1050 kW).
Medio Maart hadden aardschuivingen plaats op den toegangsweg bij
de drukleiding en op de inspectiepaden, zonder dat zulks echter invloed had
op het bedrijf.
Een brondjong-oeververdediging werd aangebracht ter bescherming van
het centrale-plateau tegen de inwerking van den rivierstroom.
Op geringen afstand van de centrale is in de Tjisaroewa een kléine dam
gemaakt, waardoor het in de rivier nog aanwezige water opgevangen en door
een tweetal buizen naar den grooten woelbak geleid kan worden. De hiermede
verkregen vermeerdering van krachtwater voor de centrale Lamadjan
varieert tusschen 50 en 100 1/sec.
Het bleek dat van turbine I verschillende onderdeelen vernieuwd moesten
worden. Op 16 Juli kwam deze revisie gereed. Ook de beide hulpmachines
ondergingen eene revisie.
De laatste werkzaamheden voor aansluiting van de ljjnen naar Garoet
kwamen in Juni gereed; na een provisorische aansluiting vanaf den 17den
Juni, wérden de lijnen op 16 Juli definitief in bedrijf genomen.
T.ig. v. de levering van suppletie-energie dóór het GEBEO aan cul-
tuurondernemingen, die in hun waterkrachtinstallaties aan watergebrek leden,
steeg de belasting op de 6 kV P en galen ganlijn in den drogen moesson aanzienlijk,
waardoor de 250 kVA transformator overbelast werd. Ter opheffing
van deze tjjdeljjke overbelasting werd op den 4den Augustus de Pengalengan-
lfln direct aangesloten op de maehinegroep III (tusschen den olieschakelaar
van den generator en de 6 000 V zijde van transformator III).
6. Wa t e r k r a c h t é e n t r a l e L ama d j a n a an de Tj i s an-
koei (2 X 6 400 kW).
Op 17 en 18 Maart vonden in den omtrek der centrale zware aardschuivingen
plaats. Een speciaal onderzoek werd ingesteld naar een dreigende
afschuiving benedenstrooms van de centrale. Gebleken is, dat deze afschui-
ving het dal van de Tjisankoei niet zal bereiken en dus voor de centrale geen
gevaar kan opleveren.
Eene inspectie van de tunnels wees uit, dat deze over het algemeen in
zeer goeden staat verkeeren.
Het maximaal relais van machine I werd uitgewisseld, aangezien door
een defect in het mechanisme onnoodig afschakelingen van de centrale plaats
hadden.
In den kelder onder de turbines werden de lichtleidingen in Unionbuis,
vervangen door Durakabels met waterdichte armaturen.
In het t r a n s f o m a t o r s t a t i o n E a d r a werd een synchroni-
seerinrichting in de Malabarlijnen aangëbracht, waardoor voortaan ook aan
den kV kant parallel kan worden geschakeld.
B. RESERVOIRS VOOR SEIZOEN-ACCUMULATIE.
1. Ve r z ame l b e k k e n Si toe T j i l e u n t j a .
Met het suppleeren uit dit meer werd begonnen op 29 Juni, bij een stuw-
peil van -j- 1 413 meter. In de periode 29 Juni—14 December werd in totaal
afgetapt 7.898.000 ms.
Het laagste peil, dat werd bereikt op 4 December, bedroeg 1409.71 m.
Tegen het einde van den drogen tjjd kon de Sitoe Tjileuntja worden
aangevuld met rond een millioen m3 water uit de S i to e T j i p a n o e n -
d j a n g.
Uit de voortdurende waarnemingen der lekverliezen blijkt, dat deze niet
alleen afhankelijk zijn van de meerwaterstanden, doch dat ook de regenval
er grooten invloed op uitoefent. Er doen zich geen verschijnselen voor, die
er op zouden wijzen, dat de dichtheid van de dammen grooter wordt, doch
ook het omgekeerde is niet het geval.
In de aftapkokers ën in de putten aan den teen van den dam P o e 1 o
zjjn voorzieningen getroffen teneinde de nauwkeurigheid der metingen te
vergrooten.
2. Ve r z ame l b e k k e n T j i p a n o e n d j a n g . (inhoud 10 millioen
ms).
Als gevolg van uitgevoerde modelproeven werd besloten tot verzwaring
van het damprofiel, waardoor de daminhoud ongeveer 20 000 m3 grooter is
geworden.
In verslagjaar werdén van Mei tot October 120.000 m3 grond opgebracht
en ingewalst, zoodat de geheele ophooging met een totalen inhoud van
180.000 m3 eil een grootste hoogte van 28 m, op 20 October geheel gereed
was. Aan ongeschikten grondslag moest nog 2600 m6 * 8 worden opgeruimd,
waarmede de hoeveélheid verwijderde slechte grond is gebracht op 44.000 m3.
Voor het blootleggen van de ontleenplaatsen werd nog 9000 m3 humuslaag
verwijderd (totaal 66.000 m3).
Door het aanbrengen van 4400 m2 opgevoegde steenbezetting werd het
voortalud geheel afgewerkt. De totale oppervlakte van dit talud bedraagt
6000 m2.
Het aehtèrtalud met een oppervlak van 8900 m2 werd bezood en van
430 m afvoergoten voor regenwater voorzien.
De automatische pompen werden in bedrijf gesteld en de geheele elec-
trische installatie afgewerkt.
Op e e n i g af we r k e n na, kwam h e t g e h e e l e we r k in
he t v e r s l a g j a a r ger eed.
Het bouwpersoneel werd per 1 November teruggeplaatst op het hoofdkantoor.